Panorama zaandam by Tilemahos Efthimiadis

Rob Stolk

Van onze redac­tie: Ruud Meijns

Zaan­dammer Robert Stolk (2302194631032001) behoort in een rijtje thuis van soci­aal bewogen activis­ten zoals de Zaanstreek er enke­len heeft gek­end zoals bijvoor­beeld Klaas Ris uit West­zaan en Pieter van der Stad Jbz. uit Zaandijk.

Het grote ver­schil is dat Ris en vd Stad in de 19e eeuw leef­den in een peri­ode van grote sociale strijd en dat Rob Stolk van de naoor­logse gen­er­atie (2e WO) was en een ander­soor­tige strijd aang­ing.
Rob kwam uit een arbei­der­s­gezin waarop de 2e WO een groot stem­pel had gedrukt. Fam­i­liele­den had­den in het verzet en in de BS (1) gezeten. Arg­waan naar de zit­tende macht en aller­gisch voor onder­drukking getu­ige zijn med­edel­ing over hoe het fam­i­liele­den na de oor­log verg­ing. “Mijn neef Arend Kat zat ook in een knok­ploeg en werd ingedeeld bij de Poli­tieke Opsporings­di­enst. Toen die in 1948 werd opge­heven en ver­van­gen door de BVD (2) was er voor zo’n linkse per­soon­lijkheid geen plaats meer in de nieuwe dienst en werd hij brigadier bij de Gemeente poli­tie in Zaandam.”(3)

Op het Zaan­lands Lyceum maakt hij ken­nis met docent dom­i­nee van Veen, PSP’r en diens dochter, maar bove­nal met het paci­fistis­che gedacht­en­goed. Via zijn vriend Joop de Jong leert hij de Ams­ter­damse anti-​oorlogsbeweging beter ken­nen. De social­is­tis­che jeugd had hij al achter zich gelaten omdat daar meer ver­gaderd werd dan Aktie gevo­erd. In die omgev­ing leert hij Peter Bronkhorst ken­nen, typograaf en anti-​militarist.
Het anar­chisme steelt toch zijn hart omdat dit het indi­vidu boven het col­lec­tief stelt. Domela Nieuwen­huis wordt zijn grote voor­beeld. Ook zijn lat­ere part­ner in Provo, Roel van Duijn is dan al aktief bin­nen de anar­chis­tis­che beweg­ing; hij schri­jft voor het blad “De Vrije”. Rob Stolk schri­jft aan De Vrije dat hij voorne­mens is een blad op te richten voor jon­geren. Van Duijn heeft dezelfde gedachte en ze spreken elkaar in een debat­cen­trum in de Raam­straat, maar tot overeen­stem­ming komt het niet en Stolk richt met zijn vriendin Sara Duys en enkele vrien­den het blad ‘Barst’ op. Vor­mgev­ing is van Robs broer Swip Stolk, oplage 300 stuks.
Roel van Duijn en Rob Stolk zijn als grond­leg­gers van de provobe­weg­ing elka­ars tegen­polen. Van Duijn is de intro­verte the­o­reti­cus en Stolk is de spon­tane aktivist met een gevoel voor het absurde getu­ige een artikel in Barst over de ‘Ned­er­landse Verenig­ing ter Bevorder­ing van Bed­geneugten’.
In het een­ma­lig ver­sch­enen anar­chis­tis­che blaadje Barst had hij te ken­nen gegeven te streven naar een wereld waar woor­den als ‚neuken, kut, lul, kapotje, god­ver­domme’ gewoon zijn, ter­wijl ‚oor­log, geweld­pleg­ing, mil­i­tair, autoriteit, apartheid, diskrim­i­natie, sociale ongelijkheid, effek­ten­beurs, geloof’ tot de ‚uiter­mate vieze woor­den’ gerek­end wor­den (4).

Rob Stolk doet een aan­tal absur­dis­tis­che uit­spraken o.a. in dag­blad De Typhoon over aansla­gen op de Artillerie Inricht­ing met als voor­naam­ste doel het schokken van de burger. Er moet iets in gang gezet wor­den.
In 1965 ver­schi­jnt ook het proef­schrift van soci­oloog Wouter Buikhuisen waarin hij het woord Provo gebruikt als syn­on­iem voor Nozem met betrekking tot de cat­e­gorie prob­leemjon­geren. In de pers wordt het woord opgepakt en spreekt men over ‘provo-​rel’. Van Duijn gebruikt dit woord als titel voor zijn blad dat in mei 1965 ver­schi­jnt. Het doel van het blad is ‘vernieuwing van het anar­chisme’.

Stolk en zijn vriendin ver­huizen naar Ams­ter­dam omdat dat toch het cen­trum van de aktiviteiten is; daar gebeurt het alle­maal. Ze vin­den onder­dak op zolder bij van Duijn en zijn vriendin in de Kar­tu­iz­er­straat in de Jor­daan. In dit Ams­ter­dam, inmid­dels het Magisch Cen­trum gedoopt, is Robert Jasper Grootveld, begonnen met zijn cam­pagnes tegen de sigaret; Ugge… ugge…..ugge.
Foto boven: Kar­tu­iz­er­straat 14 met links Roel van Duijn, 3e van rechts Rob Stolk, op de witte fiets en uiterst rechts Rens Ade­laar die meestal bij deze foto niet genoemd wordt, een Zaanse vriend van Rob Stolk.

Voor de leden van Provo was het veel belan­grijker dat Grootveld vooral naar pub­liciteit zocht. Pub­lic­ity…. Pub­lic­ity….. Pub­lic­ity! Dat zochten de man­nen van Provo ook en de samensmelt­ing van de hap­pen­ing op zater­da­gavond met de provotarische akties bracht veel mensen op de been. De anar­chis­ten men­gen zich in het spek­takel, delen pam­flet­ten uit die er vooral op gericht zijn de autoriteiten op de hak te nemen. De Pub­lic­ity die ze zochten vin­den ze ook. Er wordt over geschreven, de Ams­ter­damse incrowd vindt het span­nend, Aad Veld­hoen verkoopt zijn ero­tis­che prenten en de geza­gs­dragers weten niet hoe ze op al deze provo­caties moeten rea­geren.
Gewoon­lijk wordt na een even aankijken wel een reden gevon­den om de wapen­stok te trekken, mensen aan te houden, poli­tiepaar­den en/​of motoren met zijs­pan erop af te sturen. Elke zater­da­gavond om 24.00 uur wordt er rond Het Lieverdje verwacht­ingsvol afgewacht wat er nu weer gaat gebeuren. De provo’s vor­m­den een kleine groep, maar de uit­stral­ing van de beweg­ing was enorm. ‘Het rit­ueel bij het Lieverdje werd een draaikolk die de hele stad zou meesleuren’, zei Rob Stolk later (5).
Nu wordt er over de provo’s gespro­ken, schande, kop­pen in de rechtse pers, oppakken die gas­ten. En het is vooral de schaamte dat de poli­tie voort­durend wordt uitgedaagd en er onge­nadig op in hakt, ter­wijl er in feite maar weinig gebeurt. Een meisje wordt opgepakt omdat ze krenten uit­deelt, anderen wor­den opgepakt omdat ze bor­den mee­dra­gen waar niets opstaat.
In 1965 volgt de aankondig­ing dat prinses Beat­rix zich gaat verloven. Dat zorgt voor de nodige beroer­ing in Ned­er­land temeer daar haar ver­loofde, Claus von Ams­berg, nog onder de wape­nen was geweest in de 2e W.O. Koren op de molen van provo; dit had­den ze zelf nooit kun­nen bedenken. Claus wordt in een provo-​pamflet, met zon­nebril, opgevo­erd als een “per­sona non grata”, een ongewenst per­soon.
In dag­blad De Typhoon kondi­gen Rob en Sara eind sep­tem­ber 1965 aan ook te gaan trouwen. Hun trouw­erij is wereld­nieuws als zij op de fiets, uit­er­aard een witte fiets, naar het stad­huis in Zaan­dam gaan om in de echt ver­bon­den te wor­den.
Naar­mate de huwelijks­dag van Beat­rix en Claus nadert, ver­spreidt Provo ‚witte geruchten’, bijv. dat ze suik­erk­lon­t­jes met lsd aan poli­tiepaar­den zouden voeren of ander­szins de goede orde wil ver­storen. Hoe dat uit­pakt is bek­end. Rook­wolken achter­vol­gen het paar en ook deze trouw­erij is wereld­nieuws.
Je zou kun­nen zeggen dat hier­mee het pub­lic­i­taire hoogtepunt wel bereikt was. Provo wordt in heel Europa uitgen­odigd om haar ideeën te ver­sprei­den maar in 1976 is van het spon­tane aksievo­eren, waar het toch alle­maal om begonnen was, nog maar weinig sprake. Het ver­schil in aan­pak tussen van Duijn en Stolk wordt ook duidelijker. In mei 1967 wordt Provo offi­cieel opge­heven. Wat over is, is een drukpers en het archief. Dat laat­ste wordt te gelde gemaakt door het te verkopen aan de Ams­ter­damse Uni­ver­siteits Bib­lio­theek. Het geld wordt overge­maakt naar de sticht­ing Ter Bevorder­ing van een Goed en Goed­koop Leven. Won­ing­buro de Kraker (Rob Stolk) is de eerste groep die zal prof­iteren van deze goed gevulde actiepot.

De won­ing­nood in Ams­ter­dam is groot en met de sloop van vele wonin­gen rond de Nieuw­markt voor de metrolijn, is voor vele de maat vol en men neemt het recht in eigen hand. Rob Stolk had in 1969 al een gezin aan een won­ing geholpen, maar dat pand bleek bewoond te zijn en die kraak werd ongedaan gemaakt. Won­ing­buro De Kraker (doet het steeds vaker) komt met een, door de gemeente gefi­nancierd blad over de saner­in­gen die in buurten als Bethanien– en Nieuw­markt buurt plaatsvin­den.
Na de eerste, mis­lukte kraak van Rob Stolk wordt het ‚Won­ing­buro De Koevoet (weet hoe het moet)’ opgericht. Ook hier wordt pub­liciteit gebruikt als wapen en de akties wor­den steeds meer met sym­pa­thie gevolgd omdat de won­ing­nood een groot prob­leem vormt in een stad waar spec­u­lanten wonin­gen jaren­lang leeg laten staan. Rob Stolk hierover: ‘In de Nieuw­mark­t­bu­urt had ik een drukker­i­jtje, eerst in de Koes­traat, in een kelder voor tien gulden per maand via Geurt Brinkgreve, en daarna in de Keiz­er­straat op num­mer 2A. Dat pand is afge­bro­ken voor de metro. Daar heb ik met een stel vrien­den ‘Won­ing­bu­reau De Kraker – doet het steeds vaker’ opgericht en de Actiegroep Nieuw­markt. Samen met Tom Bouman, Tjebbe van Tijen en nog een stel heb ik de han­dlei­d­ing voor krak­ers samengesteld, Gemeente poli­tie in Zaan­dam.” (6)
De drukpers gaf hem de onafhanke­lijkheid zijn eigen keuzes te maken en beslissin­gen te nemen. En niet te ver­geten de kans zijn eigen geld te ver­di­enen, aan­vanke­lijk vooral om zijn anar­chis­tis­che activisme te kun­nen bedri­jven. Stolk ontwikkelt zijn bedrijf tot een vol­waardige kwaliteits­drukkerij, met name in de kunst– en cul­tu­ur­w­ereld (7).

Rob Stolk over­leed in 2001 op 55-​jarige leeftijd onverwachts aan een har­taan­val. Zijn naam bli­jft ver­bon­den met Provo. Zijn spec­i­fieke inbreng in deze gerucht­mak­ende actiegroep was enerz­i­jds zijn inzet ten beho­eve van het drukker­scol­lec­tief en anderz­i­jds zijn aan­dacht­trekkende pub­lieke optre­den. Op humoris­tis­che wijze en met ferme uit­spraken zette hij de buitenwacht graag op het ver­keerde been. Stolk was een anar­chis­tisch geïn­spireerd ide­al­ist, die streefde naar democ­ra­tis­che organ­isatievor­men, waar­bij mensen meer directe invloed op hun eigen leefomgev­ing zouden kun­nen uitoe­fe­nen. Na zijn activis­tis­che peri­ode stortte hij zich met zijn bedrijf op het drukkersvak. Stolk beschikte over een zak­enin­stinct dat hij te gelde wist te maken in zijn drukkerij. Uit zijn links-​idealistische klantenkring en de geën­gageerde manier waarop hij het drukkersvak beoe­fende, bleek echter dat hij zijn ide­ol­o­gis­che veren nooit heeft afgeschud (8).

1: De Bin­nen­landse Stri­jd­krachten (BS) (offi­cieel: Ned­er­landse Bin­nen­landse Stri­jd­krachten) was een op 5 sep­tem­ber 1944 offi­cieel opgezette bun­del­ing van de drie belan­grijk­ste verzets­groepen: de Orde­di­enst (OD), de Lan­delijke Knok­ploe­gen (LKP) en de Raad van Verzet (RVV).
2: De Bin­nen­landse Vei­lighei­ds­di­enst (BVD) was een Ned­er­landse geheime dienst belast met de bin­nen­landse vei­ligheid.

3: Imaazje! –Niek Pas
4: Els­beth Etty – NRC april 2001
5: NRC-​Interview met Geert Mak
6: Ons Ams­ter­dam – decem­ber 1994

7: Parool – feb­ru­ari 2011
8: Huy­gens ING

Joomla tem­plates by a4joomla