Panorama zaandam by Tilemahos Efthimiadis

Trans­vaal­bu­urt
Van onze redac­tie, Ruud Mei­jns

Afrikaner CommandoIn het gebied dat begrensd wordt door de A.G. Ver­beek­straat, de Tuinier­straat, Prin­sen­straat en de Menno Simon­szs­traat ligt de Trans­vaal­bu­urt met de straten: Kruger­straat, De Wet­straat, Stei­jn­straat, Both­as­traat. De straten die rond de eeuwwis­sel­ing zijn aan­gelegd in de Trans­vaal­bu­urt kre­gen de namen van de lei­ders van de Trans­vaalse Boerenoor­logen.

De Boerenoor­logen waren twee oor­logen die in Zuid-​Afrika uit­ge­vochten wer­den door de Boeren en de Brit­ten tussen 1880 en 1902.

Deze Boeren of Afrikan­ers waren afs­tam­melin­gen van voor­namelijk Ned­er­landse kolonis­ten, die als pio­niers (Voortrekkers) naar de bin­nen­lan­den van Zuid-​Afrika trokken en daar onder meer de Zuid-​Afrikaanse Repub­liek (Trans­vaal) en de Oranje Vri­js­taat stichtten.

De Boeren genoten in hun strijd tegen de Brit­ten veel sym­pa­thie in Bel­gië, Duit­s­land en Ned­er­land. In meerdere Bel­gis­che en Ned­er­landse ste­den, onder meer in Ams­ter­dam, Antwer­pen, Den Haag en Rot­ter­dam wer­den ron­dom 1900 straat­na­men ver­noemd naar stri­jders en politici van de Boeren­be­weg­ing en naar plaat­sen die een rol speelden in de oorlogen.

AfrPKruger 1898Stephanus Johannes Paulus (Paul) Kruger (Bul­hoek (Britse Kaap­kolonie), 10 okto­ber 1825 – Clarens (Zwit­ser­land), 14 juli 1904), ook bek­end als Oom Paul, was de vijfde pres­i­dent van de Zuid-​Afrikaansche Repub­liek (Trans­vaal) en de meest promi­nente Boer tij­dens en tussen de Boerenoor­logen. Ten tijde van de oor­logen bezocht Kruger Ned­er­land.

Eind 1900 kwam hij naar Ned­er­land en woonde op ver­schil­lende adressen.
In 1904 woonde hij in Zwit­ser­land voor zijn gezond­heid waar hij op 14 juli 1904 over­leed. Hij werd eerst begraven in Den Haag op 26 juli 1904, maar later met toestem­ming van het Verenigd Koninkrijk overge­bracht naar Zuid-​Afrika waar hij op 16 decem­ber 1904 werd her­be­graven in de Helde­nakker in Pretoria.

AfrChristiaan de Wet4Chris­ti­aan Rudolf de Wet (Leeuwkop, Smith­field, 7 okto­ber 1854 – Klip­fontein, Dewets­dorp, 3 feb­ru­ari 1922) was een Zuid-​Afrikaans politi­cus en een Boeren­gener­aal tij­dens de Tweede Boerenoor­log.

Tij­dens de annex­atie van Trans­vaal in 1877 door het Verenigd Koninkrijk ver­huisde hij naar het Vre­de­fort­dis­trict in Oranje Vri­js­taat en daarna naar Wel­tevre­den nabij Kop­pies om ver­vol­gens in 1889 naar Riet­fontein in het Hei­del­berg dis­trict in Trans­vaal te ver­huizen.

De Wet was zeve­nen­twintig jaar oud toen in 1880 de Eerste Boerenoor­log uit­brak. Hij nam samen met het Hei­del­berg Kom­mando deel aan de slag van Laing’s Nek, had zijn dap­per­heid getoond bij de slag van Ingogo en met de bestorm­ing van Majuba begin 1881.
De Wet was vijfen­veer­tig toen in 1899 de Tweede Boerenoor­log uit­brak.

In het mid­den van augus­tus 1914 is door een aan­tal promi­nente Boeren­lei­ders (gen­er­aal De la Rey, luitenant-​kolonel Manie Maritz, gen­er­aal Chris­ti­aan Fred­erik Bey­ers, gen­er­aal Jan Kemp en gen­er­aal De Wet) samengez­woren om een staats­greep uit te voeren, bek­end als de Maritz-​rebellie. Zij waren gekant tegen de deel­name van Zuid-​Afrika aan de Eerste Werel­door­log en zagen ook een gele­gen­heid om weer de onafhanke­lijkheid te verkrijgen.

AfrMarthinus Theunis SteynMarthi­nus The­u­nis Steyn (Win­burg, 2 okto­ber 1857 — Bloem­fontein, 28 novem­ber 1916) was pres­i­dent van de Oranje Vri­js­taat van 1896 tot 1902. Steyn werd geboren op de plaas Riet­fontein in het dis­trict Win­burg op 2 okto­ber 1857 als zoon van Marthi­nus Steyn senior. Deze was lid van de Volk­sraad van de Vri­js­taat en bevriend met pres­i­dent Johannes Hen­ri­cus Brand. Steyn bezocht het Grey Col­lege in Bloem­fontein.
In Ned­er­land vol­gde hij het gym­na­sium te Deven­ter, en daarna studeerde hij in Lei­den en Lon­den.

Steyn werd beschouwd als een van de onverzettelijk­ste lei­ders van de Boeren. Toch nam hij deel aan de vre­des­on­der­han­delin­gen in Klerks­dorp in april 1902. Door ziekte kon hij niet aan­wezig zijn bij de onderteken­ing van de Vrede van Vereenig­ing op 31 mei in Pre­to­ria en werd hij verte­gen­wo­ordigd door gen­er­aal Chris­ti­aan de Wet.

In juli 1902 vertrok hij naar Europa, waar hij tot 1904 zou bli­jven. Nadat hij een eed van trouw aan de Britse kroon had afgelegd, keerde hij terug naar Zuid-​Afrika. Hoewel hij slechts gedeel­telijk her­steld was, nam hij weer deel aan de actieve politiek.

In 19081909 was hij vicepres­i­dent van de Closer Union Con­ven­tion. Hij werd er onder­schei­den voor zijn houd­ing als staats­man en het opkomen voor de rechten van de Ned­er­landse gemeen­schap.
Steyn stierf op 28 novem­ber 1916 tij­dens een toe­spraak voor een vrouwen­v­erenig­ing in Bloem­fontein. Hij werd daar begraven bij het Vrouemonument.

AfrLouisBothaLouis Botha (Grey­town (Natal), 27 sep­tem­ber 1862 – Pre­to­ria, 27 augus­tus 1919) was de opper­bevel­heb­ber van het Trans­vaalse leger tij­dens de Tweede Boerenoor­log en de eerste minister-​president van de Unie van Zuid-​Afrika.
Botha werd geboren op de boerderij Har­te­beesvlakte nabij Grey­town, in een Voortrekkers­gezin met der­tien kinderen.
Hij kreeg les op een Duitse zen­delin­gen­school en ver­huisde later met zijn oud­ers naar de Oranje Vri­js­taat.

Op 28 maart 1900 werd Botha de nieuwe opper­bevel­heb­ber van de Zuid-​Afrikaansche Repub­liek, waar­bij hij zijn capaciteiten wederom betoonde bij Belfast-​Dalmanutha.
Na de val van Pre­to­ria lei­dde hij samen met Koos de la Rey en Chris­ti­aan de Wet een guer­ril­laoor­log tegen de Brit­ten. Het suc­ces van zijn tac­tieken werd duidelijk door het taaie verzet dat de Boeren bleven aan­houden gedurende de drie jaar durende oor­log.
Hij was de belan­grijk­ste Afrikaner verte­gen­wo­ordi­ger tij­dens de vre­des­on­der­han­delin­gen van 1902 en ondertek­ende het Ver­drag van Vereenig­ing.

In 1919 tek­ende Botha nog het Ver­drag van Ver­sailles namens de Unie van Zuid-​Afrika, maar de gezond­heid van de pre­mier ging snel achteruit.
Datzelfde jaar over­leed hij aan hart­falen en werd hij begraven in de Helde­nakker van Pre­to­ria.

AfrPACronje CHM Pieter Arnoldus Cronjé (4 okto­ber 18364 feb­ru­ari 1911) was een Zuid-​Afrikaans gen­er­aal tij­dens de Eerste– en Tweede Boerenoor­log.
Cronjé werd geboren in de Kaap­kolonie. Hij trok samen met zijn oud­ers tij­dens de Grote Trek naar Trans­vaal. Hij woonde in de buurt van Potchef­stroom. Op twaalf­jarige leeftijd was hij reeds aan­wezig bij de Slag bij Boom­plaats. Cronjé speelde een belan­grijke rol in de aan­lei­d­ing van de oor­log, toen hij tij­dens een open­bare veil­ing de in beslag genomen ossewa van veld­ko­r­net Piet Bezuiden­hout heroverde op de Britse belastingambtenaren.

Gedurende de Tweede Boerenoor­log was Cronjé meestal aan­wezig op het west­elijke front. Hij was de lei­der tij­dens de belegering van Kim­ber­ley en Mafikeng. Bij Mafikeng belegerde hij een leg­erma­cht van 6000 Britse mil­i­tairen onder bevel van kolonel Robert Baden-​Powell.
Bij de Slag bij Magers­fontein in decem­ber 1899 sloeg hij een aan­val van het Britse leger suc­cesvol af, waarmee de Britse opmars naar het noor­den voor twee maan­den werd ges­tuit.
In feb­ru­ari 1900 werd hij gevan­gen tij­dens de Slag bij Paarde­berg, waar hij zich met 4000 stri­jders na een hard­nekkige strijd moest overgeven. Als kri­jgs­gevan­gene werd hij naar Sint Helena ges­tu­urd waar hij tot het einde van de oor­log, in 1902 verbleef.
Met de over­gave van Cronjé bij Paarde­berg viel bijna een kwart van het Boeren­leger in Britse han­den. Dit was een van de doorslaggevende fac­toren in deze oor­log.

Info en foto’s: wikiwand


Joomla tem­plates by a4joomla